Welkom op mijn weblog!


Yes, I'm happy
No, my life isn't perfect

maandag 1 augustus 2011

Hechting

Wat is hechting?  
Wanneer er een gevoelsband ontstaat tussen het kind en de personen die voor het kind zorgen, noemen we dat hechting.
Het kunnen aangaan van een hechtingsrelatie is een van de belangrijkste opgaven voor een kind in de eerste levensfasen. Een goede hechting is de basis voor de verdere ontwikkeling. Veilig gehechte kinderen ontwikkelen zich beter, durven de wereld te gaan verkennen, kunnen prettig met leeftijdgenootjes en volwassenen omgaan en durven hun emoties en angsten te tonen in situaties waarin ze zich onveilig voelen.
 
Veel adoptiekinderen hebben te maken gehad met wisselende verzorgsters die allemaal andere eisen stellen aan het kind of er was een onvoorspelbare verzorgster die de ene keer wel aanwezig was en aandacht voor het kind had en de andere keer niet. Als het kind op zijn vaste verzorgsters/ouders kan rekenen en deze aanwezig zijn als het kind hen nodig heeft, kan een veilige hechting ontstaan. Het durft op onderzoek uit te gaan en te gaan spelen. Op momenten dat het zich bedreigd voelt of alleen gelaten, zal het troost of bescherming zoeken bij deze mensen.
 
Adoptiekinderen zijn in hun korte leventje al meerdere keren een hechtingsrelatie aangegaan. Soms met de biologische ouders of moeder, later met de verzorgsters in het kindertehuis. Telkens wordt het kind weer in de steek gelaten om opnieuw bij een ander terecht te komen. Dan komen de adoptie ouder(s). Voor het kindje vreemde mensen met een vreemde geur en taal. Het kindje krijgt andere kleren aan en misschien wel een luier om wat het hij niet gewend is. Het kindje moet opnieuw een hechtingsrelatie aangaan, maar wie zal hem garanderen dat ook de adoptie ouder(s) het kind niet in de steek zullen laten? Het kind, hoe klein het ook is, heeft dus een "rugzakje" aan ervaringen bij zich en zijn wereld staat op zijn kop.
 
Misschien heeft het kindje alleen nog maar de binnenkant van het tehuis gezien. Alles wat voor andere kinderen van die leeftijd al heel gewoon is, is voor dit kindje nieuw en vreemd. In het tehuis heeft het waarschijnlijk een soort gedrag aangeleerd wat 'overlevingsgedrag' genoemd wordt. Het moeten vechten om aandacht, om eten, en om speelgoed (als dit er was).

Een onveilige hechting kan zich op verschillende manieren uiten, bijvoorbeeld:

Klampgedrag:
Sommige kinderen voelen zich onveilig en durven hun verzorgster/ouders niet los te laten uit angst deze te verliezen, omdat het kind er niet van op aan kan dat deze weer terug komt. Het kind klampt zich soms letterlijk vast en loopt de hele dag achter zijn vader, moeder of verzorger aan.
 
Allemansvriendjes:
Het komt ook voor dat kinderen zich zo onveilig voelen dat ze alleen maar oppervlakkige contacten aangaan. Het kind durft geen nabijheid te zoeken, het is niet gewend om getroost of aangehaald te worden en zal dit ook steeds proberen te vermijden. Het kind kruipt bij iedereen op schoot, maar wil niet echt knuffelen. Het maakt geen onderscheid tussen de buurvrouwen en zijn ouders. Het kind durft niet zijn gevoel te laten zien en sluit zich hiervoor af door hard te zijn voor zichzelf en zijn omgeving. Deze kinderen lijken heel zelfstandig in hun gedrag maar het is schijn-zelfstandigheid, gebaseerd op angst. Men spreekt bij deze kinderen wel van allemansvriendjes, omdat ze met iedereen gemakkelijk contact maken. Dit contact blijft echter oppervlakkig. Intieme relaties durft het kind niet aan te gaan.
 
Geen gehechtheid komt eigenlijk niet voor. Een kind dat zich absoluut aan niets kan hechten, overleeft niet. Er zal altijd wel enige vorm van (onveilige) hechting ontstaan.
 
Het is dus erg belangrijk dat het kind zich veilig gaat hechten aan de nieuwe ouder(s). Kinderen voelen zich veiliger bij regelmaat in het dagelijkse leven. Vaste tijden van eten en opstaan en een vaste plaats aan tafel kunnen bijvoorbeeld helpen vertrouwen in de situatie en omgeving te krijgen.
 
Meestal wordt door de ouder(s) na aankomst in Nederland een periode van rust ingebouwd. Een periode die heel belangrijk is en waarin het kindje aan de ouder(s) kan wennen en andersom. Het kind moet leren wie de ouder(s) zijn en dat die hem of haar nooit in de steek zullen laten. Hij/zij moet het verschil gaan zien tussen de ouders en tussen bijvoorbeeld vrienden of buren.
 
De meeste ouder(s) ontvangen dus na thuiskomt weinig of geen bezoek. De ouder(s) verzorgen het kind, doen het in bad, leggen het kindje in bed, geven het eten, verzorgen het en geven het aandacht en liefde. Het kind moet dit leren omdat dit in het tehuis steeds andere mensen waren die dit deden. Hij kent deze situatie niet. Op deze manier zal hij leren wie zijn ouders zijn en hopelijk ontstaat er dan een hechtingsrelatie.
Veel adoptie ouder(s) geven er de voorkeur aan het bezoek heel erg langzaam op te bouwen. Bijvoorbeeld eerst de opa's en oma's en andere naaste familieleden. Meestal blijft het kindje de eerste periode alleen bij de ouders op schoot om de hechtingsrelatie te versterken.
 
Natuurlijk heb je voor het opbouwen van een hechtingsrelatie met je kind ook het begrip en de steun van je naaste familie en omgeving nodig. Iedereen zal zich er bewust van moeten worden dat een hechtingsrelatie niet zomaar ontstaat, hier is tijd voor nodig.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten